Twee rijen spelers van 4 spelers staan tegenover elkaar. Zij vormen zo een brug. De spelers staan direct naast elkaar en pakken de handen vast van de speler die tegenover hen staat. Een speler gaat aan het begin van de brug staan en duikt er languit op. De spelers in de rijen maken met de armen op- en neergaande bewegingen, en wel zo dat de liggende speler omhoog en naar voren wordt gebracht. Voor het einde van de brug staat een speler. die tot taak heeft de vliegende vis behouden op de grond te laten komen. De spelers die de brug verlaten hebben worden deel van de brug.