De deelnemers worden onderverdeeld in drie soorten dieren: olifanten, leeuwen en muizen.
Ze zijn herkenbaar aan kaartjes op de rug, waar respectievelijk, olifant, leeuw of muis op staat. Deze dieren bevinden zich in het bos. Ze zijn bang voor elkaar en proberen de ander of te tikken en wel als volgt:
- de olifant jaagt op de leeuw
- de leeuw jaagt op de muis
- de muis jaagt op de olifant.
Wordt iemand afgetikt dan kaartje afgeven (bijv. muis) aan de tikker (leeuw) en wordt een nieuw kaartje gehaald bij de spelleiding. Deze persoon wordt dan een ander dier en gaat weer het bos in. Veroverde kaartjes bewaren, na afloop van het spel worden deze geteld.
Afspraken: de kaartjes goed zichtbaar op de rug dragen. Als twee dieren elkaar ontmoeten mag er geen derde dier bijkomen. Op de plaats van het "contact" is het gebied neutraal eveneens bij het uitgeven van de kaartjes.